
(c) Tate
De voorspelde bui hield zich in vanwege de opkomende wind. Ik wachtte en keek naar de donkergrijze lucht die verdacht veel op de contouren van Europa leek: in het noorden Scandinavië, in het zuid westen het Iberisch Schiereiland en in het diepe zuiden de laars van Italië.
Als een donderslag bij heldere hemel vond een spontane afsplitsing plaats. Engeland dreef nog verder weg van het vaste land en begon nog meer een eigen leven te leiden. In het noorden de Faeröer Eilanden, een listig afgesplitst Schotland en onderin de contouren van Lands End.
Ik wandelde al dagen langs het costal path, met rugzak en poncho. Het regende veelal; de richting was zuidwest.
De route was naar St. Ives; de woonplaats van Barbara Hepworth. Haar atelier was nog geheel in takt; de sigarettenpeuken geurden alsof ze zojuist waren uitgedrukt. Haar kunst was langs de kust toegevoegd aan het landschap. Wind en regen deden hun werk.
Engeland loste op en waaide weg in herinnering. De bui kon komen.
Deze week, drie decennia later zag ik weer haar kunst.
Onveranderd sterk en van onverwoestbare schoonheid.
De asbak met peuken is in St. Ives gebleven.
© els van dinteren